Bedrijven die medewerkers om bedrijfseconomische moeten ontslaan, krijgen vanaf 1 maart 2006 te maken met andere regels. Wie vanaf die datum ontslagen meldt bij het CWI, krijgt te maken met het afspiegelingsbeginsel. Dat houdt in dat werkgevers de ontslagen evenredig moeten spreiden over verschillende leeftijden binnen de functies waar ontslagen vallen
Bedrijven die medewerkers om bedrijfseconomische moeten ontslaan, krijgen vanaf 1 maart 2006 te maken met andere regels. Wie vanaf die datum ontslagen meldt bij het CWI, krijgt te maken met het afspiegelingsbeginsel. Dat houdt in dat werkgevers de ontslagen evenredig moeten spreiden over verschillende leeftijden binnen de functies waar ontslagen vallen. De werknemers die overblijven, vormen zo een 'afspiegeling' van de huidige leeftijdsopbouw binnen een functie. Het is bij ontslag om bedrijfseconomische redenen dus niet meer automatisch zo dat degene met het kortste dienstverband het eerst ontslagen wordt. Dat was wel het geval bij het ‘last in-first out’ principe (Lifo) dat tot nu toe werd gehanteerd. Ook oudere werknemers met langere dienstverbanden kunnen nu dus eerder voor ontslag in aanmerking komen dan voorheen.
Het CWI gaat bij de ontslagen voortaan beoordelen of afspiegeling wordt toegepast per categorie uitwisselbare functies van een bedrijfsvestiging. Het personeel in deze categorien wordt ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen. Voor en na de ontslagen moet de leeftijdsopbouw zoveel mogelijk gelijk zijn. De werknemer met het kortste dienstverband binnen de betreffende leeftijdsgroepen wordt als eerste voor ontslag voorgedragen. Het CWI heeft een handleiding gemaakt met een stappenplan en rekenvoorbeelden. Voor de uitzendsector en de schoonmaakbranche is een aparte handleiding beschikbaar. De informatie is te vinden op www.cwinet.nl.
